Interview

Mijn moeder (moeder van Luke) Marissa Offerman is een vrouw die al 30 jaar werkt op Arnhem centraal. Zij heeft dus heel veel dingen meegemaakt. De bouw van het nieuwe station bijvoorbeeld. Zij moest ook werken op het tijdelijke station. Zij kan dus heel veel mooie verhalen vertellen over Arnhem Centraal. Wij dachten dat het leuk leek om een interview met haar te regelen en dat in ons verslag te zetten. Hier volgt een interview met Marissa Offerman.

Luke: Hoe was het werken op het nieuwe station.

Marissa: Er moest een tijdelijk station komen en daar moest ook een nieuw verkoopkantoor komen dus de loketten moesten verplaatst worden. En die waren ver weg van het station. Dus we kregen segways en daarmee konden we vanaf het perrons naar de loketten komen omdat het te ver was om te lopen. We hadden ook een tuk tuk voor de reizigers die naar het busstation moesten. Daar moesten we allemaal voor opgeleid worden. Verder hadden we ook heel erg veel storingen bij de liften en de roltrappen omdat die niet gemaakt waren om zo lang in de buitenlucht te staan. Er was bijna elke dag wel een brandweerwagen aanwezig.

Luke: Wat is er veranderd aan het werken op het station tussen nu en 30 jaar geleden?

Marissa: Nou, heel veel. vroeger was het belangrijkste op het station eigenlijk de kaartverkoop, van ’s morgens 5 uur tot ’s avonds 1 uur waren de loketten geopend. Het waren drukke tijden omdat NS toen nog geen contracten had, de studentenkaarten bestonden nog niet en de dienstplicht bestond nog niet dus er waren nog heel veel militairen die met de trein reisde, vooral op de vrijdag en de zondag. Zo langzaam maar zeker is de kaartverkoop stukken minder belangrijk geworden doordat er contracten met grote bedrijven werden gesloten, de studentenkaart kwam, dienstplicht werd afgeschaft en er kwamen langzamerhand steeds meer automaten. Uiteindelijk werd het papieren kaartje afgeschaft en deed de OV-chipkaart zijn intreden. Toen werd de nadruk meer op service gelegd. En het station heeft een heel andere functie gekregen.

Luke: Kan je typische werkdagen beschrijven op het oude station?

Marissa: Jawel, ik ging vaak in het loket zitten en daar verkocht je dan een heleboel kaartjes en je moest ook dingen opzoeken in het spoorboekje. nu gaat alles digitaal maar vroeger had je nog geen digitale telefoons, dat was eigenlijk wat ik meestal deed. het was altijd heel druk op het station dus er was altijd eigenlijk wel wat te doen. ook al was het bijna elke dag alleen maar in het loket zitten.

Luke: kan je een typische werkdag beschrijven op het nieuwe station?

Marissa: Ja, dat is heel afwisselend nu. je doet bijvoorbeeld ov chipkaarten opladen voor mensen, je doet ook veel informatie geven aan passagiers en vragen beantwoorden. maar dat gaat nu allemaal digitaal. je moet bijvoorbeeld ook gehandicapte mensen helpen met instappen. je moet ook vaak lopen door de hal van het station om informatie te geven als reizigers dat nodig hebben. gevonden goed beheren. gevonden goed zijn eigenlijk verloren voorwerpen proberen te vinden en die terug te brengen naar de persoon die het verloren was. er is een hoop administratie bijgekomen doordat er nu zo veel meer digitaal gaat en je moet nu ook Duits en Engels kunnen doordat Arnhem Centraal een heel internationaal station is.

Luke: kan je verschillen tussen deze twee werkdagen noemen?

Marissa: Het grootste  verschil is dat je nu veel meer contact hebt met de reizigers. voorheen kon je eigenlijk alleen maar met de reizigers praten als er een glazen plaat tussen zat, nu is dat heel anders. je merkt ook dat alles veel digitaler is geworden, je kan eigenlijk niet meer zonder je mobiel fatsoenlijk werken. vroeger deden conducteurs zelfs nog de post in de trein. maar wat echt het grootste verschil is dat je veel meer contact hebt met de reizigers, vroeger was dat echt stukken minder.

Maak jouw eigen website met JouwWeb